Met een transport zwaarder dan 100.000 kg gelden op bruggen en viaducten de volgende regels:

• Zorg voor een afstand van minimaal 3 meter (1 strookbreedte) tussen uw transport en de vangrail, aan beide kanten. Rijd binnen deze grenzen zoveel mogelijk rechts.
• Gaat het om een brug of viaduct waar dit niet kan? Houd dan het midden van de rijbaan aan.
• Zorg dat er geen vrachtverkeer (verkeer > 3.500 kg) is op 50 meter voor en achter uw transport op dezelfde rijbaan. En ook niet naast uw transport.
• Is er een op- of afrit binnen 3 meter van het begin van het kunstwerk? Rijd de op- of afrit dan alleen op buiten het kunstwerk.

Afschermen rijstrook

Afhankelijk van de indeling van rijstroken schermt uw transportbegeleiding 1 of meer rijstroken af bij het passeren van bruggen.

Bekijk de 4 situaties.

1. 2 rijstroken? U rijdt over het midden van de 2 rijstroken. Uw begeleiding schermt deze beide rijstroken af.
2. 2 of meer rijstroken en 1 vluchtstrook of gesloten spitsstrook? U rijdt over de rechter rijstrook. Uw begeleiding schermt deze rechter rijstrook af.
3. 2 of meer rijstroken en 1 geopende spitsstrook? U rijdt over de rechter rijstrook. Uw begeleiding schermt deze rechter rijstrook én de spitsstrook af.
4. Is er een op- of afrit binnen 3 meter van het begin van de brug? Betreed de op- of afrit dan alleen buiten de brug.

Bij transport zwaarder dan 150.000 kg gelden bij bepaalde bruggen aanvullende regels. Ook kunnen wij in uw ontheffing extra regels opnemen.

Bruggen met extra regels

• Bekijk het overzicht van bruggen (pdf, 591kb) waarvoor extra regels gelden.
• Is er een vluchtstrook? Rijd dan op de rechterrijstrook.
• Is er geen, of alleen een smalle vluchtstrook? Op een dubbelbaans auto(snel)weg: rijd op de inhaalstrook. Op een enkelbaans (auto)weg: rijd in het midden van de 2 rechtse rijstroken. Let op! Dit betekent dus dat tegemoetkomend verkeer tegengehouden moet worden.
• U mag de spitsstrook niet gebruiken.
• Zorg dat er geen verkeer is op 30 meter voor en achter uw transport op dezelfde rijbaan of naast uw transport.

Om te berekenen of u met uw transport onder een viaduct door kunt, houden wij een veilige hoogte aan van minimaal 15 centimeter ten opzichte van de echte hoogte van het viaduct.

Wilt u onder een viaduct door met een te hoog transport? Bijvoorbeeld omdat dit vlak na het begin- of eindpunt van uw route is? Dan kunnen wij afwijken van de veilige hoogte. Dat kan alleen als u het volgende kunt aantonen:

• Er is geen andere route om bij uw bestemming te komen.
• Er is geen andere manier van vervoer mogelijk, bijvoorbeeld via het water.
• Er zijn geen andere oplossingen mogelijk, bijvoorbeeld een dieplader gebruiken.

Leg uit waarom u met uw transport onder een viaduct door wilt zonder de veilige hoogte aan te houden. Wij vragen de wegbeheerder toestemming hiervoor.